Interview

Wille, een stinkend goed jeugdboek

Thisishowweread redacteur Kurt Van Gasse staat bekend om zijn hilarische columns, ongelofelijke humor en een fantasie die we af en toe in de hoek moeten zetten om hem wat in toom te houden. Tussen zijn hersenkronkels vol ingenieurskennis en een bibliotheek aan literaire voorbeelden zit al even een jeugdboek te gisten. Hij poetste het op en leverde het netjes in bij uitgeverij Pelckmans, die op ons advies alvast hun ezelsoren van de zolder haalden.

Tekentalent Melvin kon zich meteen vinden in de humor en gaf Wille vorm. Hij zette Kurt niet op de gang, maar goot alle hilariteit in rake illustraties. Temmen zullen we hem nooit, die Van Gas, en maar goed ook, want hij schreef een vinnig debuut: Wille – de wraak op Miss Halitosis. Verwacht je aan stinkende goedjes, dolkomische personages en vooral veel vaart. We (zijn vrouw) konden de lettervreter even vanonder zijn drie kleuters peuteren voor een interview.

Even de redacteur in jou testen: waarover gaat Wille in 500 tekens?

Wille is een doodgewone jongen van 11 die druk bezig is op te groeien tot een fidele kerel. Door stom toeval verwoest een gedrocht in mensengedaante – Miss Halitosis – zijn hele bestaan. En zijn zelfvertrouwen. Drie vuile pestkoppen van pleegbroers doen er nog een schepje bovenop. Wanneer hij op de vlucht slaat, krijgt hij hulp van de moderne heks Imogen en de geeky professor De Boneir. Stukje bij beetje geven ze Wille zijn leeuwenhart terug. Tot hij klaar is. Klaar om Miss Halitosis te verpletteren. 

Wille is nogal een underdog. Wat kunnen lezers van hem leren?

Zoals Imogen het zelf zegt in Wille: ‘Angst is als een tijgerkitten. Eerst klein en onschuldig, maar geef het te eten en heel gauw zit je met een monster op je schoot.’ Omgaan met angst vergt moed. Van moed kennen mensen met angst alles. Ze zijn elke dag moedig.  En net zoals Wille staan ze er niet alleen voor. Hulp kan uit de meest onwaarschijnlijke hoek komen. Hulp van mensen die je kwaliteiten zien en je zelfvertrouwen doen groeien.

Hoe ontstond het idee voor dit boek?

Eigenlijk was er eerst professor De Boneir. Ik wilde al heel lang iets vertellen rond de oorsprong van inspiratie of ideeën. Ik matchte hem met een jeugdige versie van hemzelf die in de problemen verzeilt: Wille. Een eerste versie van de bron van alle ellende – Miss Halitosis – ontstond toen ik verslag uitbracht van een schrijfcursus van Wisper, onder de vleugels van Hilde Van Cauteren. We bedachten personages bij willekeurige foto’s. Ik bleef achter met een foto van een schattig schoolmeisje in uniform en vroeg me af hoe ik dat volledig over the top kon omgooien naar een gemeen personage.

Illustratie door Melvin

Je vrouwelijke personages zijn dan weer héél fel. Hoe zit dat?

In Wille zijn Imogen en Miss Halitosis letterlijk natuurkrachten. Terwijl Imogen de meest onwaarschijnlijke pech over haar tegenstanders kan afroepen, is ze zelf heel stiff upper lip. Ze is enorm moedig en heeft het vermogen om de humor van elke situatie in te zien.  Miss Halitosis zit in hoek van de gemeneriken, maar ze is zo slim en daadkrachtig dat ze ongestraft een heel land doet bibberen. Het zijn eigenschappen die ik bewonder en die ik zie in de sterke vrouwen die me omringen. Het liefst had ik van Wille zelf ook een meisje gemaakt, maar ik twijfelde of ik als man al bij mijn debuut een vrouwelijk hoofdpersonage geloofwaardig kon neerzetten. Na Imogen twijfelde ik niet meer, dus in mijn tweede boek heb ik dat meteen rechtgezet.

Van 9-5 ben je ingenieur. Maken de schrijver en de ingenieur ooit ruzie achter de schrijverstafel? 

Integendeel, ze zijn de dikste vrienden! Wetenschap is enorm dankbaar om knopen in je plot op te lossen. Wille staat er bol van. Er zijn de ideeën van de professor zelf, maar ook Wille is een uitvinder in de dop en Imogen kent haar weg in de chemie. Ik vind het ontzettend leuk om beetjes wetenschap te gebruiken voor fictieve uitvindingen die misschien zelfs wel eens echt zouden kunnen werken. 

Illustratie door Melvin

Hoe sijpelt de ervaring uit de bedrijfswereld door in het verhaal? 

Ik groeide op in een klein dorp en had nooit echt gereisd tot ik aan de slag ging bij een internationaal bedrijf. De cultuurshock was groot. De wereld bleek oneindig veel kleurrijker en levendiger dan de stereotiepen à la ‘alle Belgen eten friet’ die ik kende. Ik lustte er pap van. Ik leerde het onverwachte te verwachten. Mensen met een sappig Engels accent bleken eigenlijk Portugezen te zijn, de dame met de Duitse naam groeide op in India… In Wille wil ik lezers dezelfde ervaring geven.

Leesplezier als rode draad doorheen een jeugdboek, als dat geen leesbevordering is?

Als je wil dat kinderen plezier beleven aan een boek, moet je dat plezier er eerst en vooral instoppen. In grote hoeveelheden. Een jeugdverhaal moet volle gas vooruitgaan, die pagina’s moeten flapperen. Lezers die klotsen van de energie kunnen een heleboel actie aan, daar mag je niet op bezuinigen. En vooral, bovenal, moet het absoluut grappig zijn. 


Waarom passen de tekeningen van illustrator Melvin goed bij jouw schrijfstijl?

Wille is meestal heel grappig, maar vaak ook heel spannend. Melvin verstaat de kunst om die dubbele sfeer te vatten in zijn illustraties. Hij weet perfect raad met de vaak absurde en knotsgekke situaties. Ik kende Melvins werk heel goed – Mammoet en Kamp Oma zijn thuis felbegeerde voorleesboeken – dus toen mijn uitgever Melvin voorstelde, was ik onmiddellijk enthousiast.

Je begon aan het schrijfproces op een kantelpunt in je leven?

En of. Ik werkte het manuscript van Wille uit net na de geboorte van onze tweelingsdochters, op een ogenblik toen onze oudste zoon drie was. Ik denk dat het schrijven me houvast gaf tijdens die dolle maanden. Zie ook ‘sterke vrouwen in mijn omgeving’ in een vorige vraag.

Wat na Wille?

Mijn tweede manuscript is klaar. Een ander verhaal in een andere tijd, maar verteld aan een even hoog tempo als Wille en met evenveel absurde humor. Ondertussen ben ik druk bezig met het uitwerken van nummer drie.