This Is How We Read

Recensie op Vrijdag – Esther Gerritsen

In februari presenteert This Is How We Read elke vrijdag één van de genomineerden van onze recensiewedstrijd. Op 4 maart 2016 maken we de winnaar bekend. Die krijgt een boekenpakket en een origineel leesdeken.

Vandaag hapt Annelies Mertens onder water naar adem met Esther Gerritsen (links op de foto).

LIBRIS gala03

Ademen onder water

Op zoek gaan naar een vijand, omdat die makkelijker te bekampen is dan het alledaagse leven zelf, het is niet weinig wat de Nederlandse schrijfster Esther Gerritsen doet in haar jongste roman, Roxy.

Onlangs raakte bekend dat Esther Gerritsen het boekenweekgeschenk van 2016 zal schrijven. Waar het thema van de boekenweek vorig  jaar nog ‘waanzin’ was, zou dat dit jaar wel eens ‘identiteit’ kunnen zijn, als het in de lijn ligt van Gerritsen’ eerder verschenen romans.
Zowel in ‘Superduif’ (2010), als het in 2012 gepubliceerde ‘Dorst’ en het meest recente ‘Roxy’ beschrijft ze hoofdpersonages die zich met moeite staande kunnen houden in wat voor andere mensen als vanzelfsprekend voelt. Een soortgelijke toon vinden we ook in haar columns, die ze wekelijks schrijft voor VPRO gids en gebundeld werden in het verrassende ‘Ik ben vaak heel kort dom.’ (2013)

In ‘Roxy’ volgen we een jonge vrouw, die haar echtgenoot, de 30 jaar oudere Arthur, verliest in een auto-ongeval. Zij blijft achter met haar driejarig dochtertje Louise, diens oppas Feike en Jane, de assistente van haar echtgenoot. Verschijnen verder op het toneel: haar ouders, een alcoholiste en een trucker die  zich over hun dochter willen ontfermen, maar daar met een bijna ontroerende hopeloosheid in tekortschieten.

In korte zinnen en droog geformuleerde dialogen beschrijft Gerritsen Roxy’s zoektocht naar zichzelf. Door de jaren heen heeft ze zich letterlijk voelen verdampen in haar omgeving.

Ze wilde nergens anders meer zijn dan daar op die perfect gestylde zolder, ver van de begane grond. Het harde boze kind dat ze was, was ingestopt in een groot zacht bed, ze werd er met het jaar zachter maar ook banger

Arthur had haar met overgave gered uit een wereld waar ze niets meer mee te maken wilde hebben, had zich over haar ontfermd als over een gewond zwerfhondje. ‘Maar honden die bang zijn, moet je niet troostend opsluiten, dan worden ze alleen maar banger. ‘
Nu Arthur dood is, kan Roxy zich niet langer verschuilen in de coulissen, ze moet zelf het toneel op.

De roman schakelt een versnelling hoger wanneer Roxy samen met Louise, Feike en Jane op reis vertrekt, een chaotische roadtrip naar het zuiden van Frankrijk waarin Roxy’s onvermogen tot het alledaagse steeds duidelijker wordt. ’Nu zit ze achter in deze nep-Chevrolet, naast haar slapende dochter en ze pakt haar kleine slappe hand vast, ze wil vluchten voor de vreemde vrouwen voorin en wordt rustig van het vertrouwde gevoel dat iedereen buiten haarzelf een vijandige vreemdeling is, iedereen halve die ene ander en dat is allang Arthur niet meer, misschien kan zij het zijn, het kind.’

Het is een terugkerend thema bij Gerritsen en tegelijk haar grootste verdienste: hoe ze ondanks de zwaarte van de thematiek toch een vaart in het verhaal weet te houden. Haar puntig geformuleerde, quasi laconieke verwoordingen dragen daar toe bij, maar ook de lichtjes absurde, vaak hilarische toon die ze gebruikt in haar dialogen.

Het is een opluchting hoe ze elke vorm van sentimentaliteit weet te vermijden, hoe ze geen antwoorden aanbiedt, geen richtingaanwijzers, geen morele oordelen;

dit boek is louter spiegel van de  falende en desondanks weer rechtkrabbelende mens, die zich staande tracht te houden in de hem omringende wereld.

LIBRIS gala12
Annelies Mertens probeert twee dochters van 3 en 5 min of meer in het gareel te houden, coördineert tussendoor wat burenprojecten in het Leuvense, maar is voor alles verzot op taal in al haar grillige gedaantes.

PS: Meer lezen van Gerritsen? Katrien schreef eerder over ‘Roxy’ en Barbara over ‘Dorst‘.