Echt (n)iets voor

Ontzettend onbelangrijke tijd

Soms denk je dat je de perfecte lezer voor een boek kent… In de rubriek ‘Echt (n)iets voor’ doen wij aan literaire matchmaking. We koppelen iemand uit onze brede kennissenkring aan zijn/haar ultieme droomboek – volgens ons.

P1020103

Dit keer leest Lies Gallez het boek ‘Winterijsland’ (Querido) van de Nederlandse violiste en schrijfster Laura Broekhuysen. Lies leek ons de geknipte lezer voor Laura’s boek omdat ze in oktober 2015 zelf een maand in IJsland verbleef als writer-in-residence.

Ode aan de stilste stilte

‘We dachten dat het niet stiller kon maar het blijkt toch te kunnen.’ Eén zin, en toch allesomvattend. De weidse schoonheid van IJsland, de verschillende dimensies van stilte en het verpletterend allenig zijn dat niet per se gelijk is aan eenzaamheid. Laura Broekhuysen weet het allemaal perfect te schetsen in Winter-IJsland.

Wat ooit begon als een blog, is nu een boek. Niet zomaar de optelsom van alle delen, maar een verhaal met een unieke stem dat zich afspeelt in een huis in een noordelijk fjörd dat Broekhuysen voor het eerst zag toen ze er gepakt en gezakt aankwam, klaar voor haar eerste winter in IJsland.

In IJsland zijn winters lang, koud en donker. Het verhaal zelf is dat allerminst. Telkens slaagt de schrijfster erin poëzie te vinden in alledaagse observaties. Het uitzicht vanuit het huis dat als een schilderij is, de ongrijpbare maan die haar dochter probeert te voederen, het landschap dat in alle weidsheid nooit lijkt te veranderen, maar verre van verveelt.

Wat je als lezer vooral ervaart, is de langzaamheid waarop het IJslandse leven en alle mensen daar recht hebben. Haar dochter wordt heel langzaam drie jaar, zoals ze dat zelf zegt.

Met haar woorden plant ze een diep verlangen naar traagheid.

Dat je door haar woorden ook de stilte opnieuw mag ontdekken, is een geschenk. Het is wat de schrijfster doet, ze geeft je ervaringen terug. Met en via haar dochter ontdek je opnieuw de zon, het denken, tegenliggers op de weg. Met die blik van kinderlijke verwondering stelt ze minutieus manieren van kijken bij, van luisteren en voelen ook.

P1020058

‘Kun je zwart begrijpen?’ vraagt haar dochter op een bepaald moment, terwijl ze een schilderij maakt aan tafel. En met die vraag opent zij een wereld van gedachten waarin je even mag verdwalen. Dat doet ze vaker met vragen als ‘Is blauw mooi?’ en ‘Wat is water?’. Zo opent ze nieuwe ramen op een vertrouwde werkelijkheid. Elke gedachte krijgt zijn gewicht.

Tijd is er zo ontzettend onbelangrijk geworden.

Af en toe vraag je je af of ze niet eens eenzaam is op haar fjörd met haar geweldige dochter en man. Een vraag die ik me ook gesteld heb vlak voor ik een maand naar IJsland vertrok om er te werken aan mijn roman. Maar daar heb ik mogen ontdekken dat die vraag gesteld wordt vanuit een heel andere vorm van leven: die van nabijheid en drukte, wat wij collectief gewoon zijn. In IJsland ontdek je dat die vraag eigenlijk overbodig is. Lange winters, isolement en afstand zijn er vaste ingrediënten van het alledaagse leven. IJslanders staan dichter bij seizoenen, licht en donker, leven en zichzelf. Allenigheid is pas echt eenzaam als je niet dicht bij jezelf kunt leven, dan is er dat gapende gat dat zich met van alles kan vullen, behalve met dat waar het werkelijk omdraait: leven.

Dat ze het IJslands niet helemaal onder de knie heeft, zorgt voor een tweede laag van isolement. Alleen heeft ze het ontzettende geluk de meest universele taal van allemaal te kennen: die van muziek waarmee ze het huis occasioneel vult. Het vult de leegte aan en voegt toe wat ongezegd blijft.

Af en toe slaat ze de nagel op de kop met zinnen als

‘Steeds vaker eindigen onze gesprekken achter de computer’

en

‘Ik ben de enige in huis die de kunst van zoeken verstaat, mijn man heeft weinig oefening gehad, was voor hij mij kende nooit iets kwijt.’

Na zulke zinnen verlang je maar één iets: dat het niet ophoudt. Broekhuysen bewijst daarmee dat ze een groot schrijfster is die de kunst van observatie naar een hoger niveau weet te tillen.

Dat we niet met zijn allen naar IJsland moeten reizen om dit te beleven, is een feit met dit boek. Het bundelt de kracht van langzaamheid, de grootsheid van stilte en de rijkdom van herhaalde uitzichten en landschappen tot een leeservaring die te weinig bladzijden telt. Wat de schrijfster met haar boek misschien het meeste doet, is de tijd geven om na te denken, om elke dag en elk ding in die dag te laten tellen voor twee.

Ooit wil je die dochter ontmoeten, zodat ze je vragen kan leren stellen die je vergeten zou zijn. Je verlangt naar hun tweede jaar in het verlaten fjörd, naar de diepe inkijk die ze niet alleen geeft in haar eigen leven, maar ook in dat van het leven zelf. Je hoopt dat het er komt, dat tweede boek. Dat ze blijft geven wat hier soms gemist wordt. Dat ze blijft zien wat gezien moet worden. Dat je stilte mag blijven horen en voelen tot het echt niet meer stiller kan.

PS: Met deze column liet Lies Gallez zich opmerken in onze zomerwedstrijd van 2015.

PPS: Op de website van Laura Broekhuysen kun je een fragment lezen uit ‘Winterijsland’.

PPPS: Barbara vergelijkt haar herinneringen aan Berlijn met die van Oscar van den Boogaard.