Uitgelezen

1, 2, 3 – Leve Astrid!

Op 28 januari is het precies 22 jaar geleden dat jeugdschrijfster Astrid Lindgren stierf. We eren de Zweedse beroemdheid met een bespreking van ‘Leve Astrid! Levenslessen met de L van Lindgren’. Barbara Rottiers schreef en tekende deze humoristische biografie op kindermaat (Pelckmans, 2022)

Korte recensie: ‘Ik kan me geen mens voorstellen die zo kinderachtig is als ik’, zei Astrid Lindgren toen ze ver in de tachtig was. En dat is niet de enige prachtige oneliner van de geestelijke moeder van Pippi Langkous. Barbara Rottiers, een Vlaamse ‘verhalenverteller in woord en beeld’, kent een waslijst leuke quotes van de beroemde Zweedse jeugdschrijfster. Met Leve Astrid! – Levenslessen met de L van Lindgren eert ze haar heldin met een biografie op kindermaat.

Rottiers heeft een uitstekend gevoel voor humor, zo bewijzen haar grappige illustraties en aanstekelijke verteltoon. Maar ze verstaat ook de kunst om haar onderwerp te laten stralen.

Astrid Lindgren was een sterke, onafhankelijke persoonlijkheid die nog altijd inspireert. Een veel beter rolmodel voor kinderen vandaag dan dat legertje Tiktoksterren en YouTubers. Barbara Rottiers wekt Lindgren tot leven in een boek-dat-de-weg-wijst-naar-meer-boeken. Zijn er betere?

Favoriete passage: ‘Er zijn weinig oude mensen waar je mee kunt dollen. Dat is vaak een hoop gezeur.

Het gaat dan van ‘o, mijn knieën zijn zo stram’ tot ‘ik moet voor het donker thuis zijn’ of het eeuwige ‘vroeger was alles beter’.

Pépé Daniel, dát is iemand die de zwier erin houdt. ook letterlijk. Hij is zevenennegentig en blijft altijd als laatste op feestjes en danst dan het liefst op luide technomuziek. Hopla, daar gaan zijn kwieke beentjes fluks de lucht in. Terwijl de rest van de aanwezigen al lang puffend op z’n stoel hangt. En technomuziek eigenlijk ook al een beetje uit de mode is, maar dat houden we stil.’

Nog een hele leuke: ‘Astrid voelde zich vaak eenzaam. Nochtans had ze constant mensen om zich heen. Maar eenzaam zijn of alleen, dat is toch niet hetzelfde. Iedereen leek wel iets van haar te willen, een meninkje hierover en een meninkje daarover. Nadat er weer eens een cameraploeg over de vloer was geweest, verzuchtte ze: ‘Ik wil niet meer populair zijn. (…) Ik wil niet aardig zijn en ik wil niet in weekbladen staan.’ Als Astrid echt moe was van al die dwaze vragen van journalisten durfde ze wel eens te antwoorden met een vraag retour zoals: ‘Hoeveel kost een bruin paard?”