Interview

Interview: Mijn leven in de wildernis

19 december 2016. Een vrachtwagen rijdt in op een kerstmarkt in Berlijn. Rond dezelfde tijd zit ik achter mijn computer voor een interview met de Nederlandse Miriam Lancewood (Mijn leven in de wildernis).

Miriam leeft met haar man in de wildernis van Nieuw-Zeeland. Ze trekken rond als nomaden, slapen in een tent, koken op een vuur en Miriam jaagt op wilde dieren. Het gesprek lijkt onwezenlijk. Terwijl West-Europa opnieuw in brand staat, praat ik met de meest onthechte vrouw aan de andere kant van de wereld. Eén uur heeft ze gewandeld om een telefoon te bereiken waarop ik haar kan bellen, het tijdstip moest ze inschatten aan de stand van de zon. Het wordt zo’n gesprek dat nu, bijna drie maand na datum nog regelmatig door mijn hoofd spookt.

Een alledaags leven zat er niet in voor jou?

ML: “Ik heb altijd een bijzonder leven willen leiden. Mijn ouders waren heel vrijdenkend, mijn moeder is dramatherapeut en stimuleerde me vroeger al om beter naar mezelf te kijken. Als kind was ik altijd buiten. Het leven in Nederland vind ik maar saai. Hier is het iedere dag anders. Daarom trekken we binnenkort ook naar Oost-Europa. In de bossen daar zitten er beren en wolven. Die heb je hier niet. Naar de stad keren we niet terug. Ik hou niet van mezelf in de stad. Ik ben er nerveus en gestresseerd.”

Hoe ziet jullie taakverdeling eruit?

ML: “Peter is meer het professorstype. Hij is hoogopgeleid en heeft een enorme kennis. Hij leest de kaart en bestudeert de planten. Zelf ben ik fysiek sterk. Ik draag bijvoorbeeld de zwaarste rugzak en ga op jacht.

Samen zijn wij één: hersenen en lichaam.”

Worden jullie niet gek van verveling?

ML: “De eerste twee weken is de leegte ondraaglijk, pas dan geraak je eraan gewend. De meeste mensen hebben echter maar twee weken vakantie en nemen dan ook nog eens hun gsm mee. Zij geraken nooit in die flow van rust.

We hebben altijd enkele filosofische boeken mee. Daar voeren we dan diepe gesprekken over. Ook als we mensen tegenkomen, levert dat gegarandeerd boeiende contacten op. Ik mis hier helemaal niets. Integendeel, ik voel me hier helemaal vervuld.

En ook al brengen we 24/7 met elkaar door, toch kunnen we elkaar nog verrassen. We denken wel dat we elkaar kennen, maar we veranderen voortdurend.”

Ben je niet bang dat je iets zal overkomen?

ML: “In de natuur heb ik mijn angsten leren kennen. Als je je terugtrekt in de wildernis, zie je jezelf constant in een spiegel. Er is geen afleiding. Zo ben ik dichter bij mezelf gekomen. Als je je niet bewust bent van je angsten, dan ga je ze uit de weg. Mijn grootste angst is dat Peter zou sterven. Hij is 63, ik ben er 33. Dat is een realiteit om rekening mee te houden maar ik zou teleurgesteld zijn in mezelf als ik dit leven niet op mijn eentje zou kunnen leiden.”

Verlang je soms niet naar de luxe van een westers leven?

ML: “Ik vind dit leven veel gemakkelijker dan een ordinair bestaan. Ik snap niet hoe mensen het kunnen volhouden: de stress, de verveling … Uiteraard leef ik ook niet in luilekkerland.

Je hebt zelfvertrouwen nodig om deze droom te kunnen realiseren. Vroeger dacht ik dat zelfvertrouwen gebaseerd is op concurrentie en een vergelijking met gelijken. In de natuur ontdekte ik het bestaan van innerlijk zelfvertrouwen.

Ik heb ook gemerkt dat als je je eigen weg gaat, dat enorm veel kracht geeft.”

Tussen droom en daad staan veel wetten en praktische bezwaren. Waarom blijft het bij de ene mens bij dromen en realiseren jullie hem elke dag?

ML: “De meeste mensen kunnen niet zonder zekerheden. Ik hoor veel mensen dromen, maar weinigen voeren hun dromen uit. Ze zitten vast aan hun werk of hun familie. Ieder jaar opnieuw vertellen mijn vrienden over de plannen die ze volgend jaar gaan realiseren. Maar niemand van hen verandert.

Peter en ik leiden ons leven volgens ‘de open deur’. Als we iemand ontmoeten en die komt met een goed idee, dan gaan we daarop in. Ons leven wordt bepaald door toevallige voorbijgangers. Meegaan met de verandering geeft ons leven betekenis.

Het is alsof het leven een rivier is. Zo stroom ik door de wereld. Als je de rivier verlaat, evolueer je niet meer.

Verandering is hetgeen mijn leven interessant maakt. Het blijft wel een constante uitdaging om niet toe te geven aan de zekerheid. Als we bijvoorbeeld ziek zijn, denken we wel eens aan een eigen huis.

Dromen is iets heel abstracts, ze verwezenlijken is een praktische daad. Daarom komen die twee vaak niet samen. Als je je dromen wil realiseren, moet je van houding veranderen. Je moet praktisch denken. Ga met pen en papier aan tafel zitten en stap af van dat ideaalbeeld.”

Mijn leven in de wildernis, Miriam Lancewood, Kosmos Uitgevers

De korte versie van dit interview verscheen in februari in Psychologies.