Echt (n)iets voor

Berlijn 1936

Eigenlijk had ik het kunnen weten. Zomaar een week ongestraft door Berlijn kuieren en denken dat ik zonder extra boeken huiswaarts zou keren? Tsss. Gelukkig is het lief ook best wel boekenminded en kan hij zich perfect vinden in een half dagje ‘boekenshoppen’. Of twee. En sleurt hij de nieuwe aanwinsten even geduldig weer tot in Willebroek. Berlin 1936, Sixteen Days in August, van Oliver Hilmes, haalde niet eens de landsgrens voor ik het boek uit had. Waarom? Wel…

A. Het gaat over Berlijn

B. Mijn fascinatie voor de Duitse geschiedenis komt uitgebreid aan bod

C. Ik leef helemaal mee met de olympische spirit, zo ten tijde van de Spelen in PyeongChang

Hilmes schrijft een vernuftig boek, en wijdt één hoofdstuk aan elke dag van de spelen. Verschillende stemmen vertellen hun verhaal, soms dicht bij het groots opgezette mediacircus, soms heel ver, weggestopt door verdrukking en terreur.

Zo is er het Roma meisje dat naar een concentratiekamp gedeporteerd wordt, en zich amper bewust is van de wedstrijden die enkele kilometers verderop doorgaan.

Of de Amerikaans schrijver Thomas Clayton Wolfe, die de spelen bijwoont, en een enorme fan  is van de stad en het Duitse volk. Tot zijn vertrouwen in het regime kleine barsten beginnen te vertonen. Naar het einde van de spelen toe scheuren de barsten en ziet Wolfe het ware gezicht van de nazi’s. Hij schrijft het broodnodige ‘I have something to tell you’, waarmee hij de wereld wil waarschuwen voor Hitler.

Toni Kellner is een voorzichtige vrouw: ze praat amper met haar buren, doet haar deur altijd op slot en wil vooral niet opvallen. Toni is een transvestiet, en dus een ongewenst sujet in het Duitse rijk. De angst voor repressies drijft haar tot een wanhopige daad.

Zegt de naam Carla De Vries u iets? Deze Amerikaanse die de Spelen bezocht, was helemaal in de ban van ‘Dolfie’. Op de voorlaatste dag van de spelen slaagde ze erin Hitler tijdens de 1500m in het zwemmen te benaderen en hem een kus op de wang te drukken. Moest er toen social media bestaan hebben, dan was Carla de hashtag van de dag geweest.

De spelen waren een sterk staaltje propaganda van de nazi’s, met de bedoeling de wereld te laten zien wat een prachtige, vredelievende natie zij waren. Hun strakke en perfect getimde organisatie liet al wat van de militaire paraatheid doorschemeren. Vele vooraanstaande gasten en diplomaten trapten met open ogen in de pracht en praal. En hoewel de nationaal-socialisten twee weken lang de vervolgingen op een lager pitje zetten, draaiden de concentratiekampen gewoon door, op enkele kilometers van de verschillende stadia waar de sporters het tegen elkaar opnamen.

Sommige stemmen komen heel even aan bod, anderen weven hun verhaal doorheen de verschillende dagen en hoofdstukken. Op het einde sluit Hilmes af met een indrukwekkende closing ceremony: in ‘What became of…? ‘ blikt hij terug op de rest van het leven van zijn personages.

Een winnaar, deze roman. En Hilmes verdient een medaille.