Uitgelezen

Ik ben een rivier

Waar was ik toen ik Het Smelt/Een klein leven/Een soort van liefde uitlas? Het zijn maar enkele van mijn lievelingsboeken van 2016 en ik herinner me in detail hoe Lize Spit er tijdens elke koffiepauze in Parijs bij was, dat Jude mijn droeve metgezel was op een solovlucht vanuit Zuid-Afrika en dat de melancholie van Gescinska me in Kopenhagen overviel.

Rivieren las ik in de wagen van België naar Süd-Tirol en sloeg ik op oudejaarsavond dicht na een vermoeiende skidag én net voor het aperitief. Zo kan ik het nog nipt aan mijn favorietenlijstje van 2016 toevoegen. Is het toeval dat ik mijn meest intense leeservaringen heb op reis? Wellicht niet. Op reis is er minder afleiding en meer rust. Maar op reis is er vooral de mentale ruimte om volop verbanden te leggen en heeft een boek de kans de impact te hebben die het verdient. Als recensente voor Psychologies en boekenmeisje lees ik heel veel. Daardoor moet het vaak snel gaan. Meestal ligt het volgende boek al klaar nog voor het vorige uit is.

9200000053099978

Rivieren had ik daarom opgespaard. Alle boekhandelaars prezen het aan, en Martin Michael Driessen kreeg er bovendien de ECI Literatuurprijs voor. Geen boek om snel tussendoor te lezen dus. En terecht, met zinnen die erop inhakken als de deze.

“Het was steeds minder de rivier waarvan hij als kind had gedroomd. Maar toen zijn oude moeder aftakelde had dat ook geen afbreuk aan zijn liefde gedaan.”

Driessen schreef drie kortverhalen waarin een rivier de hoofdrol speelt. In het eerste zoekt een alcoholverslaafde acteur naar loutering door met een kano doorheen de Ardennen te varen. In het tweede verhaal lopen de levens van twee vlotters op de Main en de Rijn parallel aan elkaar zonder dat ze elkaar ooit echt leren kennen. In het laatste verhaal twisten twee families over de verdeling van een vallei die door een rivier in tweeën wordt gedeeld.

Het kan niet genoeg worden gezegd. Driessen is een meester-verhalenverteller. Elk woord is spaarzaam gekozen en staat op de juiste plaats. De spanning is zorgvuldig opgebouwd, melancholie druipt van de pagina’s. Dat de drie novelles meeslepend zijn geschreven is een understatement. Maar waar ik het echt over wilde hebben, zijn de verbanden die je legt als je ruimte en tijd neemt voor een boek. By far mijn favoriete verhaal van de drie gaat over twee mannen die werken voor een bedrijf dat gekapte bomen transporteert over een rivier.

Het is een verhaal dat om verschillende redenen interessant is. Wist ik veel hoe hout in een niet zo ver verleden werd getransporteerd. Wist ik veel dat eilanden van boomstammen door vlotters over rivieren werden gemanoeuvreerd om minder bosrijke gebieden van planken te voorzien.

“Zij waren een land dat op weg was naar een ander land.”

De vlotters wereld die Driessen beschrijft is bijzonder fascinerend. Hij brengt geschiedenis tot leven en laat de lezer dankzij een magisch verhaal op een totaal andere manier naar de realiteit kijken. Elke dag op weg naar de skipistes passeerden we wel een houtzagerij of werden er langs de weg bomen gekapt. En elke dag opnieuw brengt die confrontatie me naar het verhaal van de vlotters.

En natuurlijk is het een novelle met veel onderhuidse romantiek en een onpeilbare tristesse die nooit wordt uitgesproken, die alleen maar nadrukkelijk voelbaar is van begin tot einde. Het is een verhaal dat je opnieuw en traag moet lezen om alle finesses te kennen. En laat dat dan mijn voornemen zijn voor 2017. Minder en beter, trager en grondiger lezen. En vooral heel goed kiezen!

En als je dat doet dan valt plots alles samen. Dan lees je:

“We waren knapen aan de beek, jongelingen op de Main, mannen op de Rijn. Ik heb van hem gehouden, ik heb hem verraden, mijn hele leven draaide om hem. Maar we zijn elkaar nooit nader gekomen dan nu, en over een paar uur bereiken we als oude mannen de zee, zonder elkaar te kennen. En deze stammen hebben we in feite gestolen.”

En dan denk je terug aan een fantastisch concert van Stef Bos en Buurman waar je De rivier ontdekte.

En dan denk je terug aan het meest fascinerende interview van 2016 dat je had met Miriam Lancewood, een Hollandse dame die overleeft in de jungle van Nieuw-Zeeland (hierover later meer) toen ze zei: “Het is alsof het leven een rivier is. Zo stroom ik door de wereld. Als je de rivier verlaat, evolueer je niet meer.” Soms lees je dus van die zinnen, waarmee alle puzzelstukjes in elkaar vallen zonder dat er echt een link is, waarmee je verbanden legt tussen zoveel schone momenten. En het geheim hiervan, besef ik maar al te goed is concentratie. Op een geconcentreerd 2017!

PS. En dan ben ik dit gedicht van Maarten Inghels nog vergeten!